Praktijkverpleegkundige Ria Groot deelt zijn ervaringen met beeldbellen

Ria Groot, praktijkverpleegkundige, volgde kort geleden de training ‘Online gesprekstechnieken voor praktijkondersteuners’. In dit interview vertelt ze over haar aanvankelijke weerstand en hoe het videoconsult nu een vast onderdeel van haar dagelijkse werk is geworden.

Sinds de start van de coronacrisis doe ik voornamelijk telefonische consulten. Dat is laagdrempelig, maar ook eenzijdig, de hele dag met je headset op. Toen ik deze training zag, heb ik me direct aangemeld. Elke kans die je hebt om je gesprekstechnieken te verbeteren, grijp ik aan. Want dat is toch waar het om gaat. Hoe beter je gesprekstechniek is, hoe beter je contact kunt maken met mensen. En daar heb ik nu behoefte aan, want ik moet ineens alles telefonisch en met beeldbellen doen. Mijn hele werk is daardoor anders geworden.

Spannend

Je kunt oefenen met een acteur. Dat maakt het heel echt, want dan vóel je ook wat er gebeurt. Bij mijn oefening van het telefonisch consult heb ik ervaren dat bellen zonder beeld veel moeilijker is dan met beeld. Want je moet ontzettend goed luisteren naar hoe er wordt gereageerd, je moet goed doorvragen en nagaan of het klopt. Eigenlijk staat een telefonisch consult heel ver af van een consult in de spreekkamer. Beeldbellen deed ik nog niet zo veel. Dat komt ook wel door mijn leeftijd. Ik vind het al spannend om de verbinding tot stand te brengen en dan denk ik al gauw laat maar zitten, ik bel wel. Door het oefenen kan ik nu zo’n gesprek veel beter uitvoeren en voel ik me er zekerder in. Je krijgt allemaal tips over de techniek, maar ook hoe kom je goed in beeld en hoe kun je iemand echt aankijken.

Tegenwoordig plan ik dus gewoon beeldbelafspraken in. Ik kan er nu net zoveel uithalen als uit een fysiek consult. Dus vragen hoe het met iemand gaat en hem op zijn gemak stellen. En ik kan beter nagaan of wat ik zie en voel, ook klopt. Videoconsulten hebben ook als voordeel dat mensen de afspraken beter onthouden. Je hebt namelijk de mogelijkheid om dingen op te schrijven, zoals veranderingen in de medicatie of de vervolgafspraak. Dat helpt gewoon. Ook kun je veel meer de structuur van een consult aangeven.

Patiënten vonden het in het begin ook wel spannend. De eerste keer heb ik een consult met een mevrouw gedaan die een beetje mijn leeftijd heeft. Ik zei van tevoren dat het voor mij ook de eerste keer was, dus we gingen het samen uitproberen. Ook oudere mensen kunnen het hoor. Zeker mensen waarvan je weet dat ze beeldbellen met hun kleinkinderen of die hun telefoon als agenda gebruiken. Of mensen die slecht in het Nederlands zijn, wat ook in de training naar voren kwam. Het is natuurlijk een vooroordeel dat zij dit niet kunnen. Vaak is er familie die er wel bij wil helpen. En als het dan gelukt is en ze zitten daar een beetje aarzelend voor de camera en je kan een compliment geven dat het gelukt is, dan heb je toch dat contact net als in de spreekkamer. Dat geeft aan beide kanten voldoening.

Oefening baart kunst

En nu ik er handiger in begin te worden, kan ik steeds meer. Ik probeer nu uit te zoeken hoe je de gegevens van de glucosecurves, die mensen per e-mail sturen, kunt verwerken in het dossier. Dat maakt het ook wel weer makkelijker. Meer mensen zijn zelf gaan meten, dat is wel positief. Ook kun je van alles laten zien en voordoen, zoals inhalatietechniek. Je hebt zoveel meer mogelijkheden met beeld. Je kan direct zaken doen zeg maar. Het is niet zo dat beeldbellen tijd scheelt. Want je moet toch de link even sturen en je consult goed voorbereiden. Je kan niet de hele tijd van scherm gaan zitten wisselen als je met iemand in gesprek bent. Dus dat vraagt wat meer tijd en concentratie.

Ik vind het een eyeopener dat videoconsulten zoveel meerwaarde hebben. Wie die training moet gaan volgen? Ik denk dat deze voor iedereen geschikt is.